De Kuku (of Coucou) is eigenlijk een vrouwendans die in een kring wordt gedanst na terugkomst van het vissen. Het stamt van oorsprong uit het Beyla- en Nzerekore-gebied, dat deels gelegen is in Guinee en Ivoorkust. Naar dit gebied bestond ooit veel migratie door de Malinke. Daar vermengden zij zich met de plaatselijke etnische groepen en zo ontstonden de Konianka (,Konya, Konyagui of Manian, zoals de Malinke zeggen), die een Malinke-dialect spreken. Hier is het ritme ontstaan. Het ritme wordt er veel gespeeld, bij allerlei festiviteiten waaronder volle maan vieringen. Door de populariteit van het ritme is het nu in vele varianten bekend. In de traditie bestaat “het orkest” uit een laag gestemde djembé en een hele grote solo-djembé.
Twee liedjes:
Langinabé, ee ewontang
jaga langinabé, o ma la guinee borima
vrede met ons, vrede met de mensen uit Guinee
O ya, ité kuku fonié
He, ja, speel de kuku toch voor mij!